Het wordt ons met de paplepel ingegoten, en toch hebben we er lak aan: mensen hebben baat bij regelmaat. Hoe meer regelmaat, hoe beter ons lijf en ons hoofd zich kunnen voorbereiden op een dag. Zo helpt regelmatig eten tegen overeten, omdat je lijf weet wanneer het een volgende portie kan verwachten. En een regelmatig slaappatroon leert ons lijf wanneer het tijd is om te gaan slapen, en wanneer tijd om op te staan. Heb je weinig regelmaat, dan moeten je lichaam en geest constant aanpassen. Die flexibiliteit kost veel energie, die je beter kunt besteden.
Een regelmatige nachtrust opzoeken, betekent terugrekenen vanaf je eerste activiteit ‘s ochtends en een aantal tijden vaststellen voor jezelf. Hoe laat moet ik opstaan, om rustig wakker te worden en mijn dag te beginnen? Hoeveel uur wil ik daarvoor geslapen hebben? En hoe laat moet ik dan al beginnen met afbouwen van de dag, om rustig in slaap te vallen?
Stel, je moet om half 8 de deur uit, naar je werk. Dan wil je rustig kunnen ontbijten met een kop koffie, jezelf rustig aangekleed hebben en daarvoor nog even lekker douchen. Heb je genoeg aan een uur, dan wil je om half 7 opstaan, maar misschien toch liever om 6 uur al. Dan is de vraag: aan hoeveel uur slaap heb je genoeg? Gemiddeld is dat acht uur, maar voor sommige mensen 9 en voor anderen 7. Hoe meer regelmaat je in je slaap-/waakritme hebt, hoe minder uren je hoeft te slapen. Stel, je wilt 8 uur slapen, dan moet je dus om 10 uur gaan slapen, en uiterlijk half 10 ophouden met prikkelende werkzaamheden (werken, filmkijken, thrillers lezen, computeren). Dat is misschien heel vroeg voor jouw doen, maar probeer het een tijdje, en je zult zien dat je de uren die je ‘s avonds denkt te missen juist door je extra energie overdag dubbel terugkrijgt.